Advies Longstay - aanvulling op het advies Longstay 1 februari 2008

Dit advies is een aanvulling op het advies Longstay van 1 februari 2008. Het vervolgadvies komt mede voort uit de discussie op het op 6 maart 2008 door de RSJ georganiseerde congres ‘De Jaren Tellen’ over de langdurige vrijheidsbeneming. De RSJ adviseert om – kort gezegd – te kiezen voor de-institutionaliseren, in combinatie met de daarmee verenigbare versterking van rechtswaarborgen.

In het advies van 1 februari gaf de RSJ twee oplossingsrichtingen om de groei van het aantal longstayplaatsingen in de tbs te beperken:

  1. loslaten van het longstaybeleidskader in zijn huidige vorm  door het afschaffen van longstayafdelingen als externe differentiatie; integreren en de-institutionaliseren van longstay en meer individualiseren van zorg, behandeling en beveiliging;
  2. het handhaven van het bestaande longstaybeleid maar met een zwaardere toets op de toegang en de voortzetting van het verblijf op een longstayafdeling;

Op het congres is uitvoerig gesproken over het feit dat in het huidige longstaybeleid  eenzijdig wordt gedacht vanuit de organisatie. Het eenvormige beleidskader verstart de behandeling en maakt het voor de betrokken patiënten lastiger om weer uit deze situatie te geraken. Dit vraagt om differentiatie. De sterkste vorm van integratie wordt bereikt als iedere kliniek beschikt over de mogelijkheid tot het bieden van langdurige forensische zorg. Wordt daarentegen gekozen voor een bepaalde mate van concentratie, dan is het van groot belang dat eenheden voor langdurige zorg samen een gedifferentieerd aanbod realiseren.

Verder bevat de bestaande plaatsingsprocedure de nodige rechtswaarborgen voor de betreffende patiënten. Het plaatsen in de langdurige zorg is in zijn gevolgen echter te ingrijpend om als beleidsbeslissing aan de administratie over te laten. De aard van de tenuitvoerlegging verandert zodanig dat daar een zwaardere rechterlijke inbreng bij past. Een ander argument voor een zwaardere, dat wil zeggen meer inhoudelijke, toets op de plaatsing is dat hiermee de instroom beter wordt bewaakt. Het verzwaren van procedures zal op zichzelf niet veel effect hebben op het volume van de langdurige zorg, als het beleid erachter niet verandert. Wordt echter het beleid veranderd in de onder 2. beschreven richting, dan is er niet langer sprake van een (ministeriële) longstayplaatsing met de daaraan inherente ingrijpende gevolgen.
Daarom adviseert de RSJ tot een combinatie van beide oplossingsrichtingen.

Uitgaande van de wettelijk vastgelegde resocialisatiedoelstelling van de tbs-maatregel vormt het niet langer behandelen met de doelstelling van terugkeer in de samenleving – hoe realistisch dit ook voor bepaalde patiënten kan zijn – een fundamentele afwijking van de normale gang van zaken. Ongeacht of de patiënt in dit kader wordt overgeplaatst naar een andere afdeling, moet hij in de gelegenheid zijn hiertegen verweer te voeren. Hierbij is wellicht meer te verwachten van het advies van een andere behandelaar dan van een toetsende rechter. Een rechterlijke toets ten aanzien van de tenuitvoerlegging heeft naar zijn aard een marginaal karakter. De uitkomst is ja of nee, de rechter wijst niet de weg naar een alternatief. Het inbrengen van behandelinhoudelijke deskundigheid in de toetsingsprocedure verandert het karakter van de toets niet. Daarom is het beter om het wijzigen van de inhoud van de behandeling zo zorgvuldig mogelijk te laten zijn –hetgeen op zichzelf ook al kan leiden tot afname van het aantal bezwaarprocedures – door daaraan een gedegen inhoudelijk onderzoek te laten voorafgaan. Dit kan de vorm hebben van tijdelijke opname elders.

Op dit moment bestaan de tweejaarlijkse en de zesjaarlijkse verlengingsbeslissingen ten aanzien van de tbs-maatregel als zodanig. In het advies van 1 februari 2008 is ingegaan op de mate waarin de verlengingsrechter en de Penitentiaire Kamer de longstayplaatsing in hun oordeel mee betrekken. Er is veel voor te zeggen om naast deze rechterlijke toets een inhoudelijke toets te introduceren, die speciaal is toegespitst op het voortduren van de langdurige zorg. Evenals bij de aanvang hiervan wordt deze toets voorafgegaan door een tijdelijke terugplaatsing naar een behandelafdeling.

De hieronder gegeven opsomming vormt een resumé van de aanbevelingen uit het advies Longstay van 1 februari 2008 en het vervolgadvies:

  1. schaf ‘longstay’ af als externe differentiatie;
  2. creëer een veelvormig aanbod van langdurige forensische zorg, deels in de tbs-sector en deels in de ggz;
  3. voer een minder marginale toets in op de toegang tot langdurige zorg d.m.v. een klinisch oordeel (plaats de patiënt in het kader van deze toets gedurende enige tijd op een behandelafdeling) en de LAP-toets, naast beklag en beroep;
  4. introduceer een periodieke toets op voortzetting van de langdurige zorg, naast de rechterlijke beslissing aangaande voortzetting/beëindiging van de tbs-maatregel; plaats de patiënt in het kader van deze toets gedurende enige tijd op een behandelafdeling;
  5. vereenvoudig de procedure voor het terugplaatsen uit longstay naar een behandelafdeling.