Advies Levenslang - perspectief op verandering

Het aantal veroordelingen tot levenslange gevangenisstraf in Nederland is de laatste tien jaar sterk gestegen. De tenuitvoerlegging van deze zwaarste sanctie binnen het Nederlands strafrecht is van oudsher omgeven met bijzondere aandacht, zowel in de wet- en regelgeving als in de concrete detentiesituatie. De RSJ constateert dat de situatie op beide punten voor verbetering vatbaar is en doet hiervoor een aantal concrete aanbevelingen.

In Nederland wordt levenslang letterlijk opgevat als detentie ‘tot de dood erop volgt’, en daarmee neemt ons land binnen Europa een uitzonderingspositie in. In de meeste Europese landen toetst de rechter na ongeveer vijftien of twintig jaar of voortzetting van de levenslange detentie nog noodzakelijk en legitiem is.

Verzoek tot gratie

In Nederland, waar zo'n systeem van rechterlijke toetsing nooit heeft bestaan, kan de levenslang gestrafte een verzoek tot gratie indienen. Tot in de jaren tachtig werd dit gratiebeleid ondersteund door de algemeen heersende politieke opvatting dat ook plegers van zeer ernstige delicten in principe een kans moeten hebben op terugkeer in de samenleving. Als gevolg van politieke en beleidsmatige ontwikkelingen wordt nauwelijks nog invulling gegeven aan het gratiebeleid. Wie nu in Nederland wordt veroordeeld tot levenslange gevangenisstraf, weet dat er geen regelingen bestaan op grond waarvan nut en noodzaak van voortzetting van detentie na verloop van tijd worden getoetst.

De RSJ acht dit een ongewenste situatie en wijst erop dat deze praktijk op gespannen voet staat met zowel internationale verdragen als de Europese strafrechtpraktijk. In de geest van de internationale richtlijnen wijst de RSJ erop dat de gedetineerde in de loop der jaren een ontwikkeling kan doormaken in de richting van afnemende delictgevaarlijkheid.

Periodieke toetsing

De RSJ beveelt aan tot: Invoering van een periodieke toetsing op delictgevaarlijkheid na vijftien jaar. Afhankelijk van de uitslag van de toetsing kan worden besloten om de gedetineerde over te plaatsen naar een minder beveiligd regime of om de straf ‘op jaren te stellen’ waarmee voorwaardelijke invrijheidstelling mogelijk wordt.

Met betrekking tot de invulling van de detentie constateert de RSJ dat deze voor levenslang gestraften vooral in het teken staat van

  • beperkingen die samenhangen met de extra nadruk op veiligheid en
  • uitsluiting van resocialisatieprogramma's.

Programma Detentie en Behandeling op Maat (DBM)

De Dienst Justitiële Inrichtingen (DJI) onderkent deze situatie en zoekt in het kader van de invulling van het programma Detentie en Behandeling op Maat (DBM) naar oplossingen. De RSJ kan zich vinden in de hierbij ingeslagen denkrichting, voorzover deze inhoudt dat de gedetineerde wordt geplaatst in een regime dat het best aansluit bij de individuele zorg- of beveiligingsbehoefte, met onder meer aandacht voor de bijzondere zorgbehoefte van de groeiende groep ouderen in detentie.

Tegelijkertijd echter constateert de RSJ een voortzetting van de tendens om voornamelijk te investeren in 'kansrijke' gedetineerden, wat voor levenslang gestraften onder meer betekent dat ze worden uitgesloten van op resocialisatie gerichte activiteiten. Aan de ene kant laten de nieuwe plannen in principe ruimte voor overplaatsing naar een minder beveiligd regime, maar anderzijds valt te betwijfelen of dit voor levenslang gestraften in de praktijk niet zal worden overschaduwd door de politieke en maatschappelijke nadruk op veiligheid.

Aanbevelingen m.b.t. detentie

Met betrekking tot de invulling van de detentie komt de RSJ tot de volgende aanbevelingen:

  • zorgvuldige selectie en overplaatsing;
  • verbetering van de rechtsbijstand m.b.t. de tenuitvoerlegging van de (levens)lange straf;
  • inrichting van aparte afdelingen waar zorg en bejegening zijn afgestemd op de veelal oudere langgestrafte;
  • aanbod van op de individuele situatie afgestemde alternatieve dagvulling.

De RSJ stelt het op langdurig verblijf afgestemde leefklimaat in de tbs in veel opzichten ten voorbeeld aan de vormgeving van de detentie voor levenslang gestraften, mede gelet op de vaak zware problematiek die deze gedetineerden kenmerkt. Daarbij doelen wij dan op de in het algemeen gangbare kwaliteitsstandaard in de tbs-klinieken en niet op de versoberde wijze van tenuitvoerleggen van longstay in (voormalige) afdelingen van het gevangeniswezen.