Advies Wetsvoorstel Rechtspositie gesloten jeugdinstellingen

Het wetsvoorstel Rechtspositie gesloten jeugdinstellingen voorziet in een integrale regeling voor de rechtspositie van jeugdigen die op grond van een rechterlijke beslissing in een Justitiële Jeugdinrichting of een jeugdzorgplusinstelling verblijven. Deze regeling zal na inwerkingtreding gelden náást de Bjj en hoofdstuk 6 Jw.

De Afdeling advisering van de Raad voor Strafrechtstoepassing en Jeugdbescherming (RSJ) verwacht dat er onduidelijkheden zullen ontstaan nu het wetsvoorstel slechts ten dele de Beginselenwet justitiële jeugdinrichtingen (Bjj) en hoofdstuk 6 Jeugdwet (Jw) vervangt.

In het advies over het wetsvoorstel adviseert de RSJ dan ook om één wet in formele zin op te stellen, ter vervanging van de Bjj en hoofdstuk 6 Jw.

Onduidelijkheden

De RSJ onderschrijft de stap naar harmonisatie van de rechtspositie van jongeren in gesloten instellingen. Daarnaast is de RSJ positief over het feit dat met dit wetsvoorstel de kleinschalige voorzieningen een wettelijke grondslag krijgen.

De RSJ constateert echter een groot aantal onduidelijkheden dat leidt tot beperkingen van de rechten van jeugdigen in geslotenheid en tot hiaten tussen het wetsvoorstel en de bestaande wettelijke bepalingen uit de Bjj en hoofdstuk 6 Jw. Deze onduidelijkheden gaan onder andere over de grondslag en doelstellingen van de vrijheidsbeneming, de plaatsing van de jongere binnen de verschillende niveaus van geslotenheid, de wettelijke waarborgen bij vrijheidsbeperkende maatregelen en disciplinaire straffen en de klacht- en beroepsregeling.

Advies: opstellen van één wet

De RSJ concludeert dat de beoogde harmonisatie met dit wetsvoorstel niet optimaal wordt gerealiseerd. Daarmee leidt het wetsvoorstel naar het oordeel van de RSJ niet tot een verbetering van de rechtspositie van jongeren in geslotenheid. Dit kan volgens de RSJ worden ondervangen door één wet op te stellen, waarmee de geconstateerde onduidelijkheden en hiaten tussen de verschillende wettelijke bepalingen worden weggenomen.

Voor een volledige harmonisatie dient daarbij ook aandacht te worden besteed aan de rechtspositie van jongeren die gesloten zijn geplaatst in de jeugd-ggz, op basis van de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg en de Wet zorg en dwang.

Titel:
Raad voor Strafrechtstoepassing en Jeugdbescherming

Het wetsvoorstel Rechtspositie gesloten jeugdinstellingen
regelt de rechtspositie van jongeren...

die gesloten zijn geplaatst in een justitiële jeugdinrichting
of een jeugdzorgplusinstelling.

Deze regeling zal straks gelden naast de Beginselenwet
justitiële Jeugdinrichtingen en hoofdstuk 6 Jeugdwet.

De RSJ verwacht dat er gaten en onduidelijkheden tussen het
wetsvoorstel en de bestaande wettelijke bepalingen ontstaan.

Deze onduidelijkheden gaan onder andere over:

De grondslag en doelstellingen van de vrijheidsbeneming.

De RSJ vraagt zich af of de re-integratie van
de jongere nog wel voldoende centraal staat.

De plaatsing van de jongere binnen
de verschillende niveaus van geslotenheid.

De wettelijke waarborgen bij vrijheidsbeperkende
maatregelen en disciplinaire straffen.

De RSJ vindt dat insluiting in een separatieruimte
niet meer mogelijk mag zijn...

en dat de maximale duur van insluiting in de eigen kamer
verkort moet worden.

De klacht- en beroepsregeling.

Belangrijke bepalingen uit de Bjj zijn niet
overgenomen in het wetsvoorstel.

Bovendien vindt de RSJ het een gemis
dat de rechtspositie van jongeren,

die gesloten zijn geplaatst op grond van de wet
verplichte geestelijke gezondheidszorg...

of de wet zorg en dwang,
in het wetsvoorstel buiten beschouwing is gelaten.

De geconstateerde onduidelijkheden kunnen volgens de RSJ
worden ondervangen door één wet op te stellen.

Deze wet regelt de rechtspositie van álle
jongeren in geslotenheid,

ter vervanging van de Bjj, hoofdstuk 6 Jeugdwet...

en de relevante bepalingen uit de Wet verplichte geestelijke
gezondheidszorg en de Wet zorg en dwang.


Titel:
Raad voor Strafrechtstoepassing en Jeugdbescherming