Advies wijziging Besluit justitiële en strafvordelijke gegevens

De Afdeling is gevraagd te adviseren over de wijziging van het Besluit justitiële en strafvorderlijke gegevens (Bjsg) in verband met het verstrekken van justitiële gegevens over begin en einde vrijheidsbeneming aan gemeenten ten behoeve van de re-integratie van ex-gedetineerden.

De afdeling advisering van de Raad voor Strafrechtstoepassing heeft in haar advies Van detineren naar re-integreren (2017) het belang van een goede regeling voor gegevensuitwisseling benadrukt en waardeert het dan ook dat een regeling is opgesteld.

De afdeling is zich bewust van de behoefte aan een wettelijke grondslag voor het (tijdig) uitwisselen van gegevens tussen de Dienst Justitiële Inrichtingen en de gemeente van terugkeer van de gedetineerde in het kader van een goede re-integratie van de ex-gedetineerde in de samenleving.

Afhankelijke positie
Een goede re-integratie is in het belang van de betrokkene. Deze heeft echter, net als iedere andere burger, een keuze om hulp bij re-integratie al dan niet te aanvaarden en een recht op bescherming van zijn persoonsgegevens. Dat geldt voor een gedetineerde des te meer omdat hij in een afhankelijke positie verkeert.

Het recht op privacybescherming is vastgelegd in onder meer artikel 10 van de Grondwet, artikel 8, lid 1 van het Handvest voor de grondrechten van de Europese Unie, artikel 8 van het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens en daarnaast specifiek voor jeugdigen in artikel 16 van het Internationaal Verdrag voor de Rechten van het Kind en dit is uitgewerkt in Europese en nationale regelgeving.

Algemeen belang
Uitgangspunt is dan ook dat betrokkene toestemming moet geven voor de verstrekking en verwerking van zijn justitiële en andere gegevens aan de gemeente ten behoeve van diens re-integratie. Op grond van de Wet justitiële en strafvorderlijke gegevens is dat wellicht slechts anders wanneer er een zwaarwegend algemeen belang in het geding is, bijvoorbeeld bij gevaar voor de openbare orde of recidivegevaar.

Van een automatische verstrekking van justitiële gegevens van álle gedetineerden aan de gemeenten voor het doel van re-integratie kan dan ook geen sprake zijn. Omdat een algemene wettelijke taakstelling op het gebied van ondersteuning bij re-integratie voor de gemeenten nog ontbreekt, kan op grond van de voorgestelde regeling bovendien geen rechtmatige informatieverstrekking plaatsvinden.

De afdeling stelt vast dat de categorie preventief gehechten op grond van artikel 10 van de Wet justitiële en strafvorderlijke gegevens is uitgesloten van toepassing, omdat daarin is bepaald dat slechts gegevens worden verstrekt betreffende onherroepelijke veroordelingen. Voor de categorie jeugdigen ontbreekt, net als bij volwassenen, een algemene wettelijke taakstelling voor de gemeente en is in beginsel toestemming (van de wettelijk vertegenwoordiger) nodig voor de verstrekking van justitiële (en andere) gegevens aan de gemeente.

Op grond van het voorgaande kan de afdeling derhalve niet positief adviseren over de voorgestelde regeling.