RSJ adviseert over levenslange gevangenisstraf: verbeter de resocialisatie, verleng de re-integratiefase en laat de rechter beslissen over toelating tot de re-integratie.

Vorig jaar heeft de minister aangekondigd de gratieprocedure voor levenslanggestraften te vervangen door een rechterlijke toets. Ook ten aanzien van de periode voorafgaand aan deze herbeoordeling worden verbeteringen voorbereid. In dat kader heeft de minister voor Rechtsbescherming de RSJ gevraagd te adviseren over verschillende aspecten van de levenslange gevangenisstraf voorafgaand aan het moment van herbeoordeling. Dat betreft onder meer de manier waarop de detentie wordt ingevuld, de duur van de re-integratiefase en de beslissing over toelating tot de re-integratiefase.

Meer aandacht nodig voor resocialisatie en ontwikkeling van de levenslanggestrafte
Voorkomen moet worden dat de levenslanggestrafte zo vervreemd raakt van het leven buiten de gevangenis en van de samenleving dat re-integratie niet meer mogelijk is. Voldoende gelegenheid tot zinvolle activiteiten en contact met naasten tijdens de detentie zijn daarbij belangrijk. De RSJ adviseert om hiervoor meer mogelijkheden te creëren, afgestemd op de ontwikkeling, leeftijd en het veiligheidsrisico van de individuele gedetineerde. Dergelijk maatwerk vereist een goede monitoring van het gedrag en de ontwikkeling van de levenslanggestrafte.

Verleng de re-integratiefase
De re-integratiefase, waarin de levenslanggestrafte zich concreet kan voorbereiden op de herbeoordeling, is recent verlengd tot drie jaar. De RSJ adviseert een langere re-integratiefase van tenminste vier jaar. Dat biedt meer mogelijkheden om geleidelijk en gecontroleerd toe te werken naar toenemende vrijheden, waarmee een goed beeld ontstaat van de ontwikkeling van de levenslanggestrafte en de veiligheidsrisico’s. Dat is van belang voor een goed onderbouwde beslissing in het kader van de herbeoordeling.

Laat de rechter beslissen over toelating tot de re-integratiefase
Toelating tot de re-integratiefase is een beslissing van groot gewicht voor zowel levenslanggestraften als voor slachtoffers en nabestaanden. Het gaat om een complexe weging van vaak tegengestelde belangen. Dat is bij uitstek de expertise van de rechter, die bovendien een onafhankelijke positie heeft. Nu de beslissing over de herbeoordeling bij de rechter wordt belegd, adviseert de RSJ om dat ook te doen met de voorafgaande beslissing over toelating tot de re-integratiefase.

Criteria voor toelating tot de re-integratiefase
Het Adviescollege levenslanggestraften adviseert voorafgaand aan iedere beslissing over toelating tot de re-integratiefase. Een van de daarbij gehanteerde criteria betreft ‘de impact op de slachtoffers en nabestaanden en in de sleutel daarvan de vergelding’. De RSJ vindt dit een lastig te hanteren criterium.
Omwille van een nauwkeuriger weging adviseert de RSJ dit criterium op te splitsen in twee afzonderlijke criteria: ‘vergelding’ en ‘belangen van slachtoffers en nabestaanden’.